Sterren uit het Onbewuste

Dromen en dagdromen.

Dieptepsycholoog Carl Jung gebruikte voor uitingen van het onbewuste de metafoor van de sterren die je overdag niet ziet door het te sterke licht van de zon. Die zon is ons waakbewustzijn. ’s Nachts, wanneer de zon is verhuld, wordt het licht van de sterren (de onbewuste inhouden) zichtbaar. Dan is de greep van het egobewustzijn verslapt.

Niet alleen wanneer we slapen verslapt die greep. Dat kan ook wanneer we wakker zijn of op klaarlichte dag. Tijdens de slaap krijgen we dromen. Overdag wanneer onze concentratie verslapt, kunnen we verdwalen in onze dagdromen. Dromen en dagdromen: twee typen sterren die zichtbaar worden. Vaak ontgaan ze ons, maar wanneer ze krachtig genoeg zijn (nachtmerries bijvoorbeeld), of wanneer de overgang van onbewust naar bewust geleidelijk gaat (dommelen, sluimeren), komen ze spontaan ons bewustzijn binnen.

Meer sterren aan het firmament

Dromen en dagdromen zijn niet de enige ‘sterren’ uit het onbewuste. Zo kan nagenoeg iedereen van zichzelf een gênante uitspraak herinneren, een ‘slip of the tongue’. Dat had je niet willen zeggen en/of het was ongepast, maar diep in je was er die onderdrukte onbewuste drang die wachtte op dat onbewaakte ogenblik om te ontsnappen. We kennen het ook onder de term ‘Freudiaanse vergissing’.

Zo zijn er nog veel meer ‘sterren’ aan het firmament. Sommige zijn helder, andere zijn zwak. De zwakke zien we meestal niet. We zijn ons er niet van bewust, maar ze zijn er wel.

De VSD bestudeert één type ster: dromen. Voor de meeste mensen zijn dit de helderste sterren aan het firmament. Willen we een breder begrip van de aard en oorsprong van dromen krijgen, dan biedt het onderzoek naar ‘andere typen sterren’ daartoe een mogelijkheid.

We staan tussen de sterren.

Groot en klein

Als vakantiegangers in een ander land zie je eerst de meest opvallende kenmerken: de hoge bergen, de diepe dalen, de steile rotsen, krachtige watervallen, het gure of hete weer. Maar wil je een totaalbeeld dan zullen je het hele gebied moeten verkennen. Dromen zijn over het algemeen de meest opvallende uitingen van het onbewuste, maar beslist niet de enige. Tijdens mijn derde vastenperiode kwam ik ruim twintig vormen tegen waarop het onbewuste me iets liet weten.

De onopvallende uitingen bevinden zich vlak onder onze voeten. Het is zo gewoon en alom aanwezig, dat je het niet bijzonder vindt. Je denkt er niet eens over na. Het is  een gegeven voor ons. We zien de bergen, maar niet de straat onder onze voeten. Als je dromen onderzoekt om de betekenis ervan te ontdekken ben je als een bergbeklimmer. Het is boeiend, uitdagend, verrassend en spannend en als je de top bereikt, heel bevredigend. Om de straat, die zo vanzelfsprekend is, als een bron van informatie te ervaren is een andere manier van kijken nodig.

Zwakke sterren

Verruil je telescoop of verrekijker eens voor een microscoop, dan ontvouwt zich het vanzelfsprekende als een even groot mysterie, zij het in andere gedaante. Waar dromen, visioenen, synchroniciteit, trance, wanen, glossolalie, en dergelijke te zien zijn als opvallende kenmerken in het landschap van het onbewuste, zijn dagdromen, ingevingen, invallen, creativiteit, ideeën, spontaniteit, intuïtie, inspiratie, fascinatie, versprekingen en dergelijke te zien als zwakke sterren. Die zwakke zijn als de straatstenen onder je voeten. Zo gewoon en alomtegenwoordig dat je niet beseft dat ze uit het onbewuste voortkomen. En toch zijn ze zo krachtig dat ze je bewuste denken en handelen aandrijven.

Vlinders en vonkjes

Die bewering vraagt een toelichting. Dat zal ik doen aan de hand van de zwakke ster ’ingevingen’. Ingevingen zijn net vlinders. Plotseling vliegen ze op wanneer je voorbij komt. Vang je ze niet, dan zijn ze zo weer uit je zicht verdwenen als vonkjes die even oplichten en weer uitdoven. Vonkjes, die wanneer je ze opvangt, koestert en bestudeert, licht brengen in een duister stukje van je psyche en vingerwijzingen zijn zoals dromen doen. Vluchtigheid is het kenmerk van ingevingen. Ze verschijnen vooral in woord of beeld, zijn kort en vaak cryptisch. Ze verschijnen meestal in de ‘twilight zone’, het gebied tussen egobewustzijn en onbewustzijn in. Bijna iedereen herkent dit land tussen waken en slapen wel.

Aandacht

Onder andere door  trance, meditatie en vasten is deze ‘staat van zijn’ bewust te bereiken. Kenmerk hiervan is aandacht. Alsof je je ogen gericht houdt op een bron, rustig wachtend tot er iets uit tevoorschijn komt. In tijden van psychische crisis verschuift ons bewustzijn ook naar een dergelijke staat van zijn. Het verschil is echter dat invallen je dan overvallen, zoals o.a. bij overspannenheid, delier, afkicken, een ‘bad trip’ of een psychose gebeurt. In dat geval is er geen sprake van bewuste aandacht en schrik je van wat er ineens naar boven komt. Dat levert desoriëntatie, verwarring of paniek op, want fysieke en psychische realiteit zijn niet meer te onderscheiden. Je kijkt rond om te zien waar die stem vandaan komt die je hoort, waar het beeld heengaat dat je ziet, waar die geur vandaan komt die je ruikt.

De meditatieve-, contemplatieve- of trancestaat is als een microscoop waarmee je ze kunt leren waarnemen. Je creëert de gelegenheid waardoor ze tot je kunnen komen. Je maakt de weg vrij door je egobewustzijn zich in de rol van waarnemer terug te laten trekken. Ingevingen die dan opkomen, fladderen vanuit het duister je egobewustzijn binnen en verdwijnen al even snel als ze gekomen zijn, tenzij je ze vangt. Bij zenmeditatie is het de bedoeling dat ze je onberoerd laten. Onderstaand gedichtje beschrijft dit fenomeen.

Een fiets kwam uit het niets
En reed mijn straatje door,
Waarna ik haar uit het oog verloor.
Op zich niet zo bijzonder.
Toch was het een klein wonder:
In mij bewoog zich niets.

                                                                                                                                      Caron, 1998

 

 

Egobewustzijn en Anderbewustzijn

Het lijkt erop dat wat diverse religies en BDE (bijna dood ervaringen) aangeven klopt, namelijk dat je bewustzijn niet ‘uit’ is wanneer je slaapt of sterft. Het verandert slechts van egobewustzijn in een ander bewustzijn. Ik  kies voor de termen ‘Egobewustzijn’ en ‘Anderbewustzijn’ in plaats van voor de oude termen ‘Bewustzijn’ en ‘Onbewuste’. Ons bewustzijn tijdens het waken lijkt overheerst te zijn door de identificatie met ons ego. Het ‘slaap’bewustzijn, is nog onvoldoende verkend. Daardoor is het te beschrijven als ‘anders dan het egobewustzijn’. Mogelijk is het Anderbewustzijn een collectief bewustzijn of een albewustzijn. In ieder geval kunnen dromen putten uit een bibliotheek met informatie: die van je eigen historie, die van je familie, je cultuur, religie, beroepsgroep, sekse, of zelfs die van de gehele mensheid en daarvoor (archetypisch). Kennis en inzichten die jij nooit bezeten hebt en die je ook niet zou kunnen weten komen zo nogal eens voor in dromen, visioenen en trancereizen. In veel culturen is deze bibliotheek bekend. Het kent vele namen, waaronder de Akasha kroniek en Morfogenetische velden. Dromen en visioenen putten hieruit. Creativiteit vindt hier zijn oorsprong. In trancesessies kun je deze bibliotheek zelfs binnengaan om antwoorden op je vragen te krijgen.

Bibliotheek

Zo’n bibliotheek raadplegen op elk gewenst moment is wat iedereen wel fijn zou vinden. Velen doen dat al met behulp van beproefde oude methoden. Zo kun je de I Tjing raadplegen, de Tarot, andere kaartendekken of de Runen. Astrologie is er ook zo één. Allemaal werken ze volgens hetzelfde principe:

  • activering van het onbewuste door het als een autonoom persoon een vraag voor te leggen;
  • het vangen van de ‘vlinders’ die daarbij opvliegen, in de vorm van het werpen of trekken van een hexagram, kaarten of runentekens;
  • het lezen van de uitleg die bij deze ‘vlinder’ hoort;
  • bezinning op het antwoord in de context van de vraag.

Vooral in het laatste punt bevindt zich een risico. Jij interpreteert de informatie die je gekregen hebt. Maar wie ben jij? Ben jij iemand die zich laat leiden door egobindingen als angst, verlangen en verantwoordelijkheden of ben jij iemand die deze bindingen heeft gelost? Zo gaat het verhaal van een koning uit de oudheid die aan de vooravond van een grote oorlog die hij zou beginnen het orakel raadpleegde met de vraag of hij zou winnen. “Een glorierijke dag voor een koning”, kreeg hij te horen. ‘Ha’, dacht hij, ‘ik ga winnen’, maar hij verloor. Het bleek echter een glorierijke dag voor zijn koninklijke tegenstander te zijn. Het orakel had gelijk, maar het verlangen van de koning had hem verblind in zijn interpretatie.

Meditatie en Anderbewustzijn

In meditatieve staat het Anderbewustzijn raadplegen werkt volgens dezelfde stappen als hierboven aangegeven, met dit verschil dat de ‘vlinders’ die naar boven komen meestal minder helder schijnen dan dromen. Daarmee bedoel ik dat ze minder woorden en beelden bevatten dan een droom of visioen. Dat levert zeer gecomprimeerde informatie op die nogal wat vraagt van de interpretator.

Interpretatie als uitdaging

Ingevingen zijn gecomprimeerd, kunnen uit een brede range van culturen en tijdvlakken stammen en worden ook nog eens bewust waargenomen. Dat maakt de interpretatie tot een uitdaging. Een uitdaging waarin je jezelf tegenkomt.

Onderzoek de herkomst van de ingevingen om hun symbolische lading te vinden. Internet is daarbij een handig hulpmiddel. Namen van personen uit de Griekse of Romeinse oudheid, mythische figuren, goden en godinnen, gewone namen van mensen, dieren en planten uit allerlei culturen en werelddelen heb ik daarmee tot hun symbolische boodschap kunnen herleiden.

Onderzoek of klankvervorming een rol speelt. Tussen de binnenkomst van ingevingen en de bewustwording ervan kunnen klanken vervormd worden door woorden uit je geheugen die erop lijken. Vervorming naar analogie met het voorgaande of navolgende woord heb ik ook ervaren. Zo hoorde ik op mijn vraag hoe het begin en einde van je menselijke ontwikkeling eruit ziet de woorden Muhammar en Muhandar. Het bleek te gaan om Muhammar en Mohandas. Het tweede woord werd onder invloed van de klank van de eerste vervormd. Ze verwijzen naar Muhammar Gadhaffi en Mohandas Gandhi. Zij symboliseren de ego-mens en de essentie-mens, de alfa en omega van de universele ontwikkelingsreis. Ook komt het voor dat woorden anders geschreven worden dan ze fonetisch tot je komen. ‘Moecher’ hoorde ik eens als antwoord op de vraag of ik mijn psychische wederhelft in mijn nieuwe liefde gevonden had. Het bleek te gaan om het Spaanse woord ‘Mujer’, wat vrouw en anima betekent. “Je hebt je Anima-maatje gevonden”, bleek het te zeggen.

Onderzoek de rol van de kritische logica. Ongeloof dat wat je zag of hoorde is zoals het bedoeld is deed mijn psyche de ingevingen associatief vervormen tot iets wat ik acceptabel vond. Wanneer ik dan na uren zoeken geen enkele match vond met de vraag die ik stelde, begon het me te dagen. Meestal lukt me het oorspronkelijke woord weer terug te halen en alsnog het antwoord te vinden. Zo hoorde ik op de vraag hoe ik moest leven ‘Escolan Govari’. Na onderzoek bleek het te gaan om de woorden ‘escola’, wat Portugees is voor school en om Gov Ari, een wereldberoemd Israëlisch dansleraar waar ik nog nooit van gehoord had. Samen vertelden ze dat ik de school van het leven zou gaan bezoeken om ‘de dans des levens’, te leren zoals die bedoeld is.

Memen

De ingevingen die ‘binnen’ komen, gewoon of in meditatieve staat, noem ik bronmateriaal of Memen. ‘Meme’ is een bestaand woord, afkomstig uit de Memetica en van de Griekse godin Mnemosyne. Mnemosyne, was de moeder van de negen muzen. De muzen verbeeldden al het weten in de Griekse oudheid. Daarmee is Mnemosyne de moeder van alle kennis. De betekenis ervan komt vrij goed overeen met de betekenis die ik eraan heb gegeven als bronmateriaal. Memen zijn moeilijk te vinden, hoewel er oneindig veel van zijn. Dit komt omdat je ze zomaar over het hoofd ziet. Je herkent ze niet als waardevol. Alchemisten noemden dit onder andere slijk en oermaterie. Het is overal en al lopen we er in rond, we herkennen het niet. De bijzondere verschijningsvormen ervan kennen we wel, zoals dromen, visioenen of ingevingen. Maar we beseffen niet dat het op elk moment van de dag bij iedereen binnenkomt. Het activeert onze gedachten, emoties en gevoelens. Zonder Memen geen gebeurt er niets in je. Kortom, het onbewuste stuurt je aan. Tijdens mijn vastenperioden en meditaties heb ik ze zien binnenkomen in mijn bewustzijn. Ik kon waarnemen wanneer ze me bewogen en waarom. Als ze binnenkomen zijn ze puur, zuiver en onbezoedeld als vers gevallen sneeuw. Maar dan gaan onze egobindingen er in de vorm van gedachten, gevoelens en emoties mee aan de haal. We lopen er overheen, spelen ermee, schuiven het terzijde omdat het ons hindert, maken er prachtige creaties van of gaan ermee bouwen en zetten er © onder.

De negen Muzen

Het is moeilijk te geloven dat ze uit het Anderbewuste voortkomen en ons handelen triggeren. We denken baas in eigen huis te zijn en hier schrijf ik nu dat dit niet het geval is, dat onze gedachten, emoties en gevoelens reacties zijn op bronmateriaal dat spontaan in ons opkomt. Memen zijn ideeën, ontwerpen, morele en esthetische waarden, vaardigheden in alle talen en al het andere dat gewoonlijk wordt aangeleerd en doorgegeven aan anderen. Je kunt ze zien als psychische genen, naar analogie met de biologische genen die erfelijkheidsmateriaal dragen in onze cellen. Ze bestaan voor zover ik heb ervaren uit de ervaringsrijkdom van individuen, groepen en het culturele erfgoed van de gehele mensheid uit alle tijden. Behalve dat ze historisch gevormd zijn, gaat hun reikwijdte ook tot in de toekomst. Plaats en tijd zijn domeinen van het hier en nu in de fysieke realiteit. Het onbewuste en haar inhouden lijken te behoren tot het transcendente ‘overal en altijd’ van de psychische realiteit. Memen uit het Anderbewustzijn zijn als de sterren aan de hemel.

We staan tussen de sterren.
0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *