Brug der Goden
Aan welke criteria moet een begeleider van het traject Lichtend Leven voldoen? Dat is nodig om te weten, want ik moet daar zelf aan kunnen voldoen. In de theorie vind ik er 15. Odessa, een collega hypnotherapeut wil mij wel via een sessie aan een onderzoek onderwerpen.
Op 13 vragen geeft mijn onbewuste te kennen dat ik voldoe. Op 2 krijg ik een ‘ja en nee’ als antwoord. “Kan Jacques voldoende beschikbaar zijn voor de cliënten in hun ontwikkelingsproces tijdens het traject Lichtend Leven”, is de eerste daarvan. Ja, dat kan Jacques voldoende en nee, dat kan hij niet voldoende, vertelt het onbewuste. Een paradox zo lijkt het. Ja, want hij heeft er alles aan gedaan om bereikbaar te zijn en nee, want praktisch gezien is het onmogelijk altijd bereikbaar te zijn. Dat is oké, zegt het onbewuste, want je kunt niet alles ondervangen. De tweede ‘ja en nee’ komt op de vraag: “Kan Jacques de cliënt te allen tijde verband laten houden met het reële van de ervaring, met het solide aardse aspect ervan, door voortgang van het gewone dagelijkse werk?” Ja, dat kan Jacques door de vinger aan de pols te houden m.b.v. de contactafspraken die zijn gemaakt met de cliënten. Nee, dat kan Jacques niet, want hij staat niet in levende lijve naast ze de hele tijd. “Schiet ik dan tekort?” Nee, zegt het onbewuste, “hij trekt te veel verantwoordelijkheid naar zich toe. Hij moet loslaten wat buiten zijn reikwijdte ligt.” Een deel wordt door het onbewuste gedaan. Daar heeft de cliënt voor gekozen. Er is vooraf met het onbewuste gecheckt of de cliënten het traject aankunnen, dus Jacques is niet verantwoordelijk voor wat er buiten zijn bereik plaatsvindt. De vinger aan de pols is genoeg. Met de neus er bovenop niet.
Vooraf bracht Odessa me in trance naar een fijne plek. Ik verschijn daar met mijn rug tegen een molen op een heuvel en zie uit over de glooiende rijke graanvelden aan de voet van de heuvel. De lucht is helder blauw. De zon schijnt zomers. Geen zuchtje wind, geen wolkje aan de lucht. Insecten zoemen langs me heen. De wieken hangen stil. Heerlijk is het hier te zitten en te genieten. Zo ontspannen, kalm en helder ben ik. “Valt je hier nog iets op”, vraagt Odessa. “Nee”, zeg ik rondkijkend. Dan opeens zie ik dat dit landschap een afbeelding is van mijn psychische staat op dit moment: Ik denk niet, mijn molen maalt niet. Vanaf de heuvel overzie ik wat ik doe groeien, een op handen zijnde rijke oogst van goudgeel graan. Met mijn rug leun ik tegen de molen, even niets doen, niets denken, slechts aanschouwen wat er is. Ik ben zo helder als de helderblauwe lucht. Er is geen wolkje aan de lucht die het zonlicht blokkeert. Ik ben zorgeloos hier, niets vertroebelt mijn gesteldheid. En dan opeens maakt de molenwiek een halve draai. Ik grijns. Odessa vraagt me waarom. “Mijn gedachte dat dit landschap een afspiegeling is van mijn psychische gesteldheid deed de wieken even draaien”, zeg ik in trance. “Die beweging onderstreept de juistheid van deze gedachte.”
“Heb jij onbewuste nog iets aan Jacques mee te delen wat van belang is in de begeleiding van zijn cliënten”, vraag Odessa aan het eind. Ik krijg een ja. Verweerde wittige bullroarers verschijnen, in rode lijnen beschilderd met archaïsche figuren. Eén ervan is een scarabee, het symbool van wedergeboorte. De verwering vertelt dat het van generatie op generatie is overgegaan. De wittige beschildering is van dezelfde witte verf als die waarmee Aboriginals zich beschilderen wanneer ze zich ritueel verbinden met de godenwereld. Een ritueel voorwerp dus.
Als Aboriginal verschijn ik op een heuvel en zwaai mijn bullroarer rond. De vibrerende diepe bromtoon vult de ruimte en doordringt mijn ziel. Het verbindt mij mystiek met de dreamtime world. Een brug naar de goden. Ik voel de diepte van die verbinding met de archaïsche oergrond. Dit heb ik dus te doen. Me verbinden met het collectief onbewuste en de archetypische energieën die daarin huizen. Dit gaat hoger en dieper dan hypnotherapie alleen. Dit is mystiek.
Voor de Aboriginals is het geluid van de bullroarer de stem van een luchtgod die als intermediair dient tussen de goden en mensenwereld. Het beschermt de sjamaan in contact met de goden.